Bonenlucht
En zo hadden we het ineens over wat we lekker vinden en wat niet. Nee, het is niet wat jullie denken; het ging écht over eten. Mijn gast van de avond noemde een lijstje waar kaas en varkensvlees en spijs de belangrijkste items waren. Maar toen vroeg ze of ik van bonen houd. Sperziebonen met name.Een gevoelig punt. Ik heb namelijk een redelijk traumatische relatie met sperziebonen. Sperziebonen, en dan met name de lucht, doen me denken aan de donderdagmiddagen van vroeger. Mijn basisschooltijd. Je had nog geen internet, lezen was nog nauwelijks een hobby, vrienden woonden in een andere wijk en op donderdagmiddag zat ik dus thuis. Alleen. Met mijn moeder die op donderdag altijd de was deed. Alle deuren hingen vol met dampend wasgoed waar je in verstrikt raakte als je erlangs liep. Buiten leek het wel altijd te regenen en binnen verstreken de uren als dagen. En dan werden er sperziebonen gekookt.
Nog steeds kan die geur me gek maken. Dat lichtzurige aroma dat associaties oproept van tot pap gekookte groente waar de laatste vitamine zelfmoord heeft gepleegd door zich in het kookvocht te verdrinken. En ál-tijd was het de goedkope soort: met draadjes. Hoe vaak ik niet kokhalzend zo'n draad uit m'n keel heb geplukt. Nee, sperziebonen staan niet op mijn lijstje waar je me 's nachts voor wakker kan maken.
Aardbeien weer wel. En andere dingen. Maar we hadden het over eten.
Geen reacties